woensdag 28 maart 2012

Beeldverhaal "Mysterieus"

Eind vorig jaar ergens gemaakt, steeds met maar een paar frames per A4tje. Later allemaal ingescand en met de computer bij elkaar gezet, zodat ik gedetailleerder kon tekenen.

woensdag 21 maart 2012

Zee-egel

Egeltje wilde leren zwemmen
maar dat ging niet zo goed
de wilde zeegolven kon hij niet temmen

zijn bandjes gingen steeds kapot
ach! de hoeveelheid verdriet
die van zijn snoetje af droop
het lukte hem maar niet
langzaam verloor hij alle hoop

tot de prachtig roze krokodil
hem haar hulp aanbood
toen werd hij wel even stil
en kleurden zijn wangetjes rood
zij ondersteunde hem elke dag
tot hij alles zelf deed;
watertrappelen, vlinderslag,
zwemmen als een topatleet

hij en zij zwemmen nu samen
minstens twee, drie keer per week
en geven elkaar lieve namen
als ze rusten bij de kuststreek

maandag 19 maart 2012

Heart To Get

“Zuid-Limburg, je zal er maar wonen.”




Wát een reclame. Niet lichtelijk overdreven, maar ronduit belachelijk. Lachwekkend, maar, doordat het inspeelt op stereotypen, ook een beetje teleurstellend. Je zal er maar wonen, stel je voor. Dan word je al snel geconfronteerd met een werkelijkheid die toch net iets anders is dan de wereld die geschetst wordt in dit spotje. Alhoewel ik al zo’n tweeënhalf jaar officieel Zuid-Hollandse ben, voel ik mij en zal ik mij altijd Limburgse voelen. Geboren en opgegroeid in Susteren, “Zöstere” op z’n Limburgs, “de groene taille van Limburg”. Het gaat om een gemeenschapsgevoel, niet om de gemeente waar je feitelijk gezien ingeschreven staat. Zoals in Dit is Limburg! Opstellen over de Limburgse identiteit geformuleerd wordt op pagina 127: “de meeste personen van beiderlei kunne, geboren of getogen en in elk geval woonachtig in een gemeente, gelegen in de provincie Limburg, voelen zich eerst echt en oprecht Limburger zodra zij de provincie voor kortere of langere tijd verlaten hebben”. Dit geldt zeker voor mij op het moment dat ik aan mijn studie begon.
Misschien past hierbij een beetje informatie uit mijn bachelorscriptie waar ik tegenwoordig bijna elke dag hard aan werk. Limburgers worden vaak als “apart”, als zijnde “anders” tegenover “Hollanders” gedefinieerd. Een duidelijke “wij”-groep tegenover een “zij”-groep. Dit gebeurt niet alleen vanuit de Limburgers zelf, maar zeker ook andersom. Volg maar eens zo’n hedendaags fenomeen als Twitter: wanneer Limburg als provincie of wanneer bepaalde Limburgers in het nieuws komen (bijvoorbeeld een aantal zonderlinge kandidaten van het programma “Holland in da Hood”), is er steeds wel minimaal één grapjas (tenminste, ik hoop dat diegene grappig probeert te zijn) die beargumenteert dat Limburg maar eens afgestoten moet worden van de rest van Nederland. Leuk, hoor, als men dat zegt. Echt hilarisch.
Toegegeven, Limburg is pas veel later dan de meeste gewesten officieel onderdeel geworden van Nederland (in 1839), en dat verliep niet bepaald gesmeerd. Toch is dat al ruim 170 jaar geleden, en nog steeds wordt Limburg door velen gezien als “een beetje buitenland” (zie “Een beetje buitenland: Nederlandse natievorming en Limburgs regionalisme”). Eigen identiteit wordt vaak gevormd ten opzichte van die van anderen, maar in het proces van distantiëren wordt die “ander” al vaak als negatief gezien, als slechter of zelfs als het tegenovergestelde van de “zelf” gedefinieerd. Dit vind ik jammer. Vanwege de dagelijkse grapjes en beledigingen richting Limburgers schiet ik al snel in de verdediging wanneer iemand een formulering gebruikt als “die Limburgers”. Dat heeft voor mij een beetje een vieze bijsmaak.
Als je nog niet in (Zuid-)Limburg woont, en door deze reclame geprikkeld wordt om naar dit idyllisch geschetste deel van Nederland te verhuizen, wil ik je wel waarschuwen: de Limburgers voelen zich één. Misschien geldt dit niet elk individu, maar er is wel degelijk iets als “de collectieve Limburgse identiteit” (zie Dit is Limburg! Opstellen over de Limburgse identiteit). Wees welkom, maar wees vooral voorbereid. Men kan je “Hollander” gaan noemen en je zult misschien even moeten wennen aan het dialect voor je de mensen echt kunt verstaan. Ik ben ook zeker benieuwd wat je van carnaval vindt.
Dat “groot huis, prachtige tuin, ruimte” klopt misschien wel voor veel mensen, maar er zijn ook genoeg flats, rijtjeshuizen en kleine appartementjes in Limburg, hoor. Voor de ruimte zou ik eerder naar het (ook prachtige) minder bevolkte Groningen gaan. Als een grote hoeveelheid niet-Limburgers nu door deze reclame gestimuleerd wordt om naar de zuidelijke provincie te verhuizen, dan blijft er weinig ruimte over, en worden de wegen lekker druk. Eigenlijk zou er niemand naar Limburg moeten verhuizen, om de situatie die geschetst wordt in dit spotje te kunnen behouden.
Van dat “vlotte verkeer” klopt overigens ook niks. Mijn moeder, die in Maastricht werkt maar in Susteren woont, staat elke werkdag minstens een half uur in de file. Dat die koeien in de reclame de weg barricaderen, lijkt me ook niet echt bevorderlijk voor een snelle rit. Hoe representatief dat is, is ook maar te betwijfelen. In die zeventien-en-een-half jaar dat ik full time in Limburg woonde (nu nog alleen part time, in weekenden en vakanties) ben ik slechts één keer schapen (en nog nooit koeien) op de openbare weg tegengekomen, en dat waren er geloof ik twee of drie. Maar goed, mijn eigen ervaring hoeft hier niet de norm te stellen.
Overigens, dat stukje over “beste scholen van Nederland”, dat zou wel eens kunnen kloppen. Toen ik nog op het Trevianum in Sittard zat, werd meerdere keren aan de leerlingen verteld hoe hoog onze school wel niet stond op één of andere nationale lijst – een lijst die ik overigens nooit zelf gezien heb. Zo’n positie willen hebben als school, heeft ook zo zijn nadelen voor de leerlingen. Als je in de vijfde van het VWO zit, en je docenten vermoeden dat je wel eens een beetje moeite zou kunnen hebben met het eindexamen in de zesde, dan laten ze je liever de vijfde overdoen, ook al zou je dat jaar officieel net halen. Dit om het percentage dat in één keer slaagt in het laatste jaar zo hoog mogelijk te houden, want daarop zou die lijst gebaseerd worden. Alles gaat om de cijfertjes als je tot de top wilt behoren.
“En die vrienden van je, die kom je overal tegen”. Dat is natuurlijk leuk, maar zoals het hier geformuleerd wordt, lijkt het net alsof Limburgers geen vrienden hebben die wat verder weg wonen. Alsof men nooit reist, maar altijd in dezelfde buurt blijft. Immers, als je jouw vrienden overal in Limburg tegenkomt, dan wil dat zeggen dat niet alleen jij, maar ook al die vrienden van je ook niet ver weg zullen zijn.
Zuid-Limburg wordt hier “de bright side of life” genoemd. Nu doet dat denken aan Monty Python, wat voor mij helemaal geen negatieve connotatie heeft, maar het is wel een beetje een idyllische formulering. Die loeiende koe op het einde, die doet ‘t ‘m.

Natuurlijk is Zuid-Limburg voor mij het beste stukje Nederland. Niet door de in deze reclame geponeerde argumenten, maar omdat ik er geboren ben. Het is waar ik vandaan kom, waar ik mijn jeugd doorgebracht heb. Wie voelt er geen sentiment voor zijn of haar geboortegrond? Stiekem moet ik toegeven dat ik “ut Ni-jwieërts” (uit Nederweert) het leukste Limburgse dialect vind terwijl dat toch echt Noord-Limburg is.
Toch wil ik het volgende voorstellen: kom eens kijken! Al Limburg binnen rijdende op de snelweg zul je het bordje “De Limburgers heten u welkom” tegenkomen. Er is mij nog nooit persoonlijk gevraagd of ik de mensen wel welkom wil heten, maar als iemand dat wil voorstellen, dan zal ik dat best doen. Ik zie mij al langs de snelweg staan, een bordje omhoog houden met in dikke Comic Sans-letters “WELKOM”. Want stiekem is Limburg het zeker waard, maar om daar te staan is net zo belachelijk als deze reclame, dat geen ander lettertype beter past.
Kom naar (Zuid-)Limburg! Je wilt er wonen, zeker als je er geboren bent. Als ik “later”  uitgestudeerd ben, en/of me wil gaan settelen, dan kan ik me geen geschiktere plek voorstellen dan in dit mooie stukje Nederland. Oh, en het waait er niet zo hard als aan de kust, dus je paraplu’s houden het langer vol dan een half uurtje! Ook een belangrijk voordeel, als je het mij vraagt.