maandag 17 december 2012

Stukkie Filmgeschiedenis: The Big Sleep


The Big Sleep

Na de Tweede Wereldoorlog braken Amerikaanse films door in Europa, die dat eerst niet konden vanwege de strenge Duitse censuur. Film noir bloeide op, een genre waarvan de beginselen terug te leiden zijn naar de duistere, expressionistische films die in Duitsland gemaakt werden na de Eerste Wereldoorlog. Waar melodrama iets voor vrouwen is, wordt film noir genoemd als een genre voor mannen, omdat de stijl en inhoud de mannelijke genderrol zouden bevestigen (Hilscher, Cupchik en Leonard 203). Film noir wordt genoemd als zowel een genre, waarin tegenwoordig ook nog films verschijnen, als een historische periode (Moustakas 105) - namelijk, van 1940 tot '58. De producties uit die tijd waren veelal adaptaties van gedramatiseerde en geromantiseerde boekjes zoals die van Raymond Chandler, Dashiell Hammett en James M. Cain. Een van Chandlers werken werd in 1946 door Howard Hawks een eerste keer verfilmd tot het gelijkname The Big Sleep. Ik zou willen beargumenteren dat deze adaptatie zowel gezien kan worden als één van de belangrijkste noir films, maar ook op belangrijke punten afwijkt van de conventies van dat genre.

In The Big Sleep wordt Philip Marlowe (Humphrey Bogart) als privédetective ingehuurd door generaal Sternwood, een rijke, oude weduwnaar. De familie Sternwood blijkt te kampen met chantage, gokschulden en vermissing. Aan Philip de opdracht om ervoor te zorgen dat de chanteur hen met rust zal laten. Deze man wordt echter vermoord, en Philip gaat op onderzoek uit; hij wil weten hoe de zaken in elkaar steken. Gedurende de film zien wij hoe beide dochters bij deze louche praktijken verzeild zijn geraakt. De oudste dochter, Vivian (Lauren Bacall), blijkt op het laatst de vermiste man te hebben vermoord en de moordenaar bleek verliefd te zijn op de jongste zus, Carmen. Ondertussen ontstaat er een verhouding tussen Philip en Vivian.
            In de narratologie wordt er een onderscheid gemaakt tussen 'geschiedenis' en 'verhaal'; waar de geschiedenis gevormd wordt door de serie gebeurtenissen die zich voltrekken, is het verhaal van een ander niveau: daarin worden desbetreffende gebeurtenissen wel of niet verteld, aangepast en afhankelijk gemaakt van perspectieven. Kortom, het verhaal is een beperkte, bemiddelde (niet per se betrouwbare) weergave van de geschiedenis. Tot de geschiedenis zelf is directe toegang niet mogelijk, aangezien het een vrij onoverzichtelijk en abstract begrip betreft. In een detective gaat het om de vraag naar datgene wat de hoofdpersoon kan weten (Korsten 258); de 'ik' probeert uit het verhaal de geschiedenis te reconstrueren. Alhoewel het genre van de detective in de negentiende eeuw, tijdens de Romantiek, wordt geïntroduceerd, is het niet compleet nieuw (Korsten 187). Je zou bijvoorbeeld kunnen stellen dat Sophokles' Oedipus Tyrannus (430 v. Chr.) een voorloper was op het genre; als koning van Thebe probeert hij erachter te komen wie de vorige koning vermoord heeft (wat hij zelf blijkt te zijn). In The Big Sleep probeert Philip in eerste instantie te onderzoeken wie de familie chanteert en daarna probeert hij erachter te komen wie Geiger, de chanteur, vermoord heeft. Tijdens zijn onderzoek ontrafelt hij een groot schandaal waarbij de dochters van generaal Sternwoord betrokken zijn.
            Alhoewel Peter Verstraten het gebruik van flashbacks noemt als "een repetitieve structuur binnen diverse noir films" (184), is dit bij The Big Sleep niet het geval; we zien weliswaar in de trailer dat het gehele verhaal uit een boek komt, maar Philip vertelt niet op een hoger niveau hoe hij dit mysterie opgelost heeft. Hij is het hoofdpersonages wiens gebeurtenissen we samen met hem meemaken, in een chronologische volgorde. Personage en kijker komen samen langzamerhand steeds meer te weten; wat dat betreft is er nergens sprake van dramatische ironie.
            De femme fatale, die Verstraten noemt als een ander kenmerkend onderdeel van film noir, komt zeker voor in deze film. Vivian is deze "verleidelijke vrouw die de verbeelding van de hoofdpersoon prikkelt ... ze kan dreigen en manipuleren, maar ze kan ook kwetsbaar zijn en beweren van niets te weten" (184). Zo fatale is ze overigens ook weer niet; The Big Sleep is één van de weinige noir films waarin de hoofdpersoon niet ten onder gaat aan de vrouw (Moustakas 106) - alhoewel Vivian Philip wel in een problematische positie plaatst. Naast Vivian flirt zowat elke vrouw die Philip tegenkomt in deze film met hem. De film is nauwelijks een minuut bezig of Carmen laat zich al sentimenteel in zijn armen vallen. Ook de dame van de boekwinkel die hij naar informatie over Geiger vraagt valt voor hem en sluit de winkel zodat ze alleen met z'n tweetjes zijn. Van zijn taxichauffeuse krijgt hij een visitekaartje zodat hij haar kan contacteren, liefst wanneer ze niet aan het werken is, en ook de dames van het casino lonken naar hem. Op het eind spreekt hij zijn gevoelens voor Vivian uit, en beschermt hij haar.
            Jane Moustakas bespreekt het geflirt, en omdat het slechts bij flirten blijft (al twijfelt Moustakas over mogelijke seks met het boekenwinkelmeisje) beargumenteert ze dat Philip dit nodig heeft om zijn mannelijkheid te bewijzen (107). Het scharrelen met de dames en de slechte seksuele toespelingen van Philip kwamen heel erg overdreven op mij over. Ik vond het hilarisch omdat het zo typisch inspeelt op erotische clichés. Het melodramatische gedrag van deze dames deed mij persoonlijk denken aan Madame Bovary van Gustave Flaubert, waarin Emma zich verliest in romantische boekjes en dergelijk overdreven sentimenteel gedoe overneemt in haar eigen liefdesleven.
            De vader van Vivan en Carmen, generaal Sternwood, heeft veel weg van een kasplantje. Alhoewel hij niet in een coma ligt, gaat het fysiek erg slecht met hem. Hij is ziek, mank en bevindt zich ook letterlijk in een kas; omgeven door planten ontvangt hij Philip in een snikhete serre. Hij leeft grotendeels op warmte, vertelt de generaal aan Philip. Alhoewel de opdracht in eerste instantie door deze man gegeven wordt, neemt Vivian al snel de touwtjes in handen, al bijna direct nadat Philip uit de serre vertrekt. Zij controleert hem constant, vraagt steeds naar zijn activiteiten en bedoelingen. Wanneer zij voor het eerst spreken zegt ze "[s]o, you're a private detective. I didn't know they existed, except in books", wat een mooie referentie is naar het medium en het genre waar het verhaal origineel in verscheen. Boeken spelen ook nog een andere rol in de film: Geiger heeft zogenaamd een boekenwinkel, maar dat blijkt niet meer dan een dekmantel te zijn. Dit ontdekt Philip al snel: hij stelt Agnes, Geigers assistente, strikvragen over exclusieve edities, maar zij blijkt niet veel over boeken te weten en valt door de mand. Vivian refereert later in de film nog aan Marcel Proust, de schrijver van À la recherche du temps perdu, een belangrijk modernistisch boek.
            Wanneer Philip surveilleert bij Geigers huis, wordt die vermoord door wie later de chauffeur van de familie Sternwood blijkt te zijn. Hij klimt door een raam naar binnen en treft de stomdronken Carmen aan, terwijl Geiger dood op de grond ligt. Er schijnt een foto te zijn gemaakt van Carmen, en Philip vindt de camera, maar het rolletje is verdwenen. De dag erna bezoekt Vivian Philip op kantoor en vertelt hoe de familie opnieuw gechanteerd wordt: wanneer ze niet betalen zal Carmen achter de tralies verdwijnen, dankzij de belastende foto. Opvallend hierbij is dat gevraagd wordt om 5000 dollar; dit is precies hetzelfde bedrag dat generaal Sternwood een jaar daarvoor betaald had aan ene Joe Brody opdat hij Carmen met rust zou laten. Toch duurt het nog even voor Philip de link legt met deze Joe, die het fotorolletje afgepakt had van de daadwerkelijke moordenaar, Owen Taylor, de chauffeur die een oogje op Carmen had.
            Ed Mars, de eigenaar van het plaatselijke casino, blijkt de huurbaas van Geiger te zijn. Alhoewel Carmen in eerste instantie gokschulden lijkt te hebben, wordt langzaam duidelijk dat Vivian graag roulette speelt. De vrouw van Mars zou er vandoor zijn gegaan met Sean Regan, een voormalige werknemer van de generaal, die al een tijdje vermist is. Vivian vraagt Philip op meerdere momenten in de film opdringerig naar deze Sean, alsof ze er meer over weet. Dat blijkt ze ook te doen. Zodra de moord rond Geiger opgelost is, wil Vivian Philip betalen voor zijn services, waarmee ze impliceert dat de zaak rond is. Dat is het echt nog niet voor Philip; voor zijn gevoel mist hij nog belangrijke informatie en hij beseft dat de generaal graag zou willen weten hoe het staat met Sean. Tijdens het semi-romantisch etentje waar Vivian Philip bedankt, en heel wat seksuele toespelingen gemaakt worden, ontdekt hij dat Vivian zelf vindt dat de zaak rond is, terwijl zijn echte cliënt, haar vader, dat nog helemaal niet heeft toegezegd. Dit maakt hem achterdochtig, en hij besluit langs te gaan bij het casino.
            Hij spreekt Ed in diens kantoor, en die wil Philip bedanken dat hij de zaak zo goed heeft afgerond. Ed schijnt een zekere macht te hebben over Vivian, die een grote gokverslaving blijkt te hebben. Samen proberen ze Philip dankzij een geënsceneerde overval te laten denken dat zij niks met elkaar te maken hebben, maar Philip heeft dit door. De dag erna wijst Bernie van Moordzaken Philip er op dat hij de zaak moet laten vallen, maar dat is Philip niet van plan.
            Philip schijnt geschaduwd te worden door ene Harry Jones, maar op het moment dat deze man hem kan helpen om Sean te vinden, wordt hij vermoord. Harry blijkt Agnes, de assistente van Geiger, lief te hebben. Deze biedt Philip alsnog (voor slechts tweehonderd dollar) informatie over de vrouw van Ed en hij zoekt haar op. In een afgelegen garage wordt hij door twee mannen neergeslagen en - met mijn elf jaar Scoutingervaring kan ik dit zeggen - erg knullig vastgebonden. Wanneer hij wakker wordt ziet hij Eds vrouw. Even later komt ook Vivian binnengelopen, want ze was wel degelijk betrokken bij deze situatie. Philip provoceert beide dames en confronteert de vrouw van Ed met de gepleegde moorden, waardoor zij emotioneel wegloopt. Vivian bevrijdt hem. Er volgt een schietscène waarin Philip de moordenaar van Harry neerschiet. Samen met Vivian rijdt hij naar het huis van Geiger, waar hij met Ed afspreekt. Door schoten te lossen terwijl Eds handlangers buiten staan, zorgt Philip voor verwarring. De twee mannen schieten uiteindelijk Ed dood wanneer hij naar buiten gaat. Alhoewel Vivian zojuist bekend heeft Sean te hebben vermoord, vertelt Philip Bernie dat Ed de moordenaar is. Uiteindelijk zorgt zijn liefde voor Vivian ervoor dat alles goed lijkt te komen met de familie Sternwood.
            The Big Sleep eindigt dus met een mannelijk hoofdpersonage dat zich verzoend heeft met de femme fatale en niet aan haar ten onder is gegaan. Zoals ik besprak wijkt deze film nog op een ander punt af van een stereotiepe noir film: er wordt geen gebruik gemaakt van flashbacks. De femme fatale is echter wel aanwezig en het is een crime movie met een aantal schietscènes, er komt veel cynisme en seks in voor en de hele sfeer van The Big Sleep draagt eraan bij dat het nog altijd een grote noir film mag worden. Alhoewel Moustakas schrijft hoe mannelijk dit type films zijn, is The Big Sleep nog altijd veel te melodramatisch voor mijn doen. Wat een zoetsappig geflirt, zeg. Nee.

Geraadpleegde literatuur:
Hilscher, Michelle C., Gerald C. Cupchik en Garry Leonard. "Melodrama and Film Noir on Today's Big Screen: How Modern Audiences Experience Yesterday's Classics". Psychology of Aesthetics, Creativity, and the Arts 2:4 (2008)

Korsten, Frans-Willem. Lessen in Literatuur. Nijmegen: Uitgeverij Vantilt, 2009

Moustakas, Jane. "'Down These Mean Streets a Man Must Go ...': Film Noir, Masculinity and The Big Sleep". Australian Screen Education 35 (2004)

Verstraten, Peter. Handboek Filmnarratologie. Nijmegen: Uitgeverij Vantilt, 2008

Geen opmerkingen:

Een reactie posten