À bout de souffle
Volgens
Barry Norman was Frankrijk gedurende (en na) beide Wereldoorlogen logischerwijs
voornamelijk met oorlogvoeren en wederopbouw bezig, en niet met cultuur.
Hierdoor zag Amerika - met name de cinema - de kans schoon om Europa 'over te
nemen', op cultureel vlak. In de jaren '60 ageerde Franse cinema hiertegen,
gooide het Hollywood van de troon af en introduceerde men la Nouvelle Vague, ook wel New
Wave genoemd. Innovatieve filmauteurs
als François Truffaut, Jean-Luc Godard en Claude Chabrol braken rigoreus met verhaal- en cameraconventies (Reed 8). Op dit
moment in de filmgeschiedenis zou een tweedeling opengebroken worden, met aan
de ene kant films die vóór de la Nouvelle
Vague gemaakt zijn, en aan de andere films die sindsdien gemaakt worden:
"an old and a new cinema" (Mary 159). De eerste is
een "well-organized, professional cinema made by masters of decor and
lightning", "a cinema of screenwriters ... adapting literary classics
or novels" en een "cinema of stars"; commercieel aantrekkelijk
en gemaakt voor een groot publiek (159). De nouvelle
films gooien tradities omver, hebben kleine(re) budgets, zijn avant-gardistisch
van aard en soms geimproviseerd, hebben jonge acteurs en worden door
"young cinéphiles formed by the cineclubs" gemaakt: jonge,
intellectuele filmmakers die willen vernieuwen. Cinema zou met deze omslag een
tijdperk van "originality, uniqueness, and freedom" ingaan (160). La Nouvelle Vague wordt ook wel een
symbolische revolutie genoemd, die cinema autonomie gegeven heeft (165). In
1960 verscheen À bout de souffle van
Godard, één van de eerste en meest invloedrijke nouvelle films, waarin duidelijk een aparte camera- en montagestijl
te herkennen is. In dit essay zal ik een aantal kenmerkende scènes uit deze
film bespreken.
In À
bout de souffle draait het om Michel Poiccard (Jean-Paul Belmondo), een
voortvluchtige man die in Parijs is omdat hij nog geld van iemand krijgt en om
Patricia Francini (Jean Seberg), een vrouw die hij adoreert, aan te sporen met
hem mee naar Italië te vertrekken. Aan het begin van de film zien we hem een
auto stelen en onderweg in een wat knullige situatie een agent neerschieten.
Vervolgens wordt hij gezocht door de politie en uiteindelijk zal hij worden
neergeschoten.
Michel
is een beetje een raar figuur. Hij draagt een hoed en jas, rookt en probeert
als Humphrey Bogart te zijn. Dit laatste zien we in een shot ongeveer
halverwege de film: Michel staat bij een bioscoop waar posters van
"Bogy" zoals hij hem noemt hangen en even valt het achtergrondgeluid
weg zolang hij naar een specifieke foto staart. Alhoewel hij Bogart graag zou
willen zijn, mislukt dat jammerlijk, of althans, naar mijn mening. Hij gedraagt
zich alsof hij heel wat is, maar dit geeft hem eerder vervelende trekjes dan de
natuurlijke charmes van Bogart.
Patricia
speelt een belangrijke rol in het verhaal. We horen haar naam voor het eerst in
het begin van de film wanneer Michel een auto gestolen heeft en tijdens het
rijden in zichzelf praat en wat zingt. Tijdens het rijden zien we duidelijk hoe
Godard speelt met de cameravoering en montage. Zo verandert het standpunt van
waaruit gefilmd wordt constant: achter Michel, naast Michel, buiten de auto,
voorop de auto. Ook wordt hier gebruik gemaakt van snelle cuts, iets waar ik
later nog op terug zal komen. Een belangrijk shot in deze scène is die waarin
de camera zich rechts van Michel bevindt: alsof de cameraman op de
bijrijdersstoel zit. Dit is narratologisch gezien een beetje vreemd, aangezien
Michel de camera inkijkt en direct tegen de kijker lijkt te praten (en naar de
kijker wijst), terwijl we in een ander shot zien dat er niemand op de
bijrijdersstoel zit.
Peter Verstraten beargumenteert dat
bij klassieke cinema geen sporen van een vertellende instantie te vinden zijn;
het verhaal verloopt met "onzichtbare narratie", er is geen
vertellend 'ik' dat zich in de film manifesteert. Zodra die wel verschijnt,
wordt dit aangeduid met discours,
beschrijft Verstraten: "een 'spreker' laat zijn/haar stem expliciet horen,
oftewel, de vertelling wordt geopenbaard als een daad, een activiteit door een
specifieke instantie" (34). Alhoewel Michel niet reflecteert over zijn
eigen daden of zijn eigen voice-over is, spreekt hij wel direct in de camera,
richt hij zijn woorden direct aan de kijker. Daardoor krijgt die een 'jij'-rol
toebedeeld en wordt Michel een 'ik'-verteller.
Iets vergelijkbaars gebeurt ook in
het laatste shot van de film. Wanneer Michel dood op de grond ligt kijkt
Patricia recht de camera in en herhaalt een handeling van Michel die we hem
gedurende de film al een paar keer hebben zien doen: met
de achterkant van haar druim wrijft ze langzaam van rechts naar links en terug
over haar lippen. Persoonlijk vind ik dit een ietwat belachelijke tic, maar
doordat zij het overneemt weten we dat zij van hem hield: ze eert hem als het
ware met dit gebaar. Terwijl ze dit doet, kijkt en lacht ze naar de kijker,
alsof ze iets duidelijk wil maken.
Terug
naar de scène waarin Michel in de gestolen auto rijdt. Uit het kastje pakt hij
een pistool, en hij speelt er wat mee, doet net alsof hij schiet. Even later
wordt hij achtervolgd en ingehaald door de politie - misschien omdat hij te
hard reed, of omdat de politie weet dat de auto gestolen is, dat blijft
onduidelijk. Hij rijdt een zijweggetje in en moet daar stoppen omdat zijn auto
niet meer wil starten. Een agent nadert hem en weer zien we hoe Godard breekt
met de normale filmconventies: het gaat allemaal erg snel. In deze scène schiet
Michel de agent neer en rent hij er vandoor, maar dit wordt aan de kijker maar
heel vluchtig en plotseling getoond. We horen dramatische muziek. Vlak voor het
schot valt zien we M van rechts, terwijl we hem vlak daarvoor van de andere
kant zagen: de 180 graden-regel wordt hierbij doorbroken. Het belangrijkste uit
dit fragment is het feit dat hij de agent neerschiet en dat die valt, maar je
moet als kijker goed opletten wil je dat zien. Het moment is voorbij voor het
echt goed in beeld is geweest. Deze moord zal ervoor zorgen dat Michel de rest
van de film gezocht wordt en dat hij op het einde zelf neergeschoten wordt. Dit
zou je dus het initiële event kunnen noemen, dat narratologisch gezien de rest
in werking stelt.
In
de loop van het verhaal probeert Michel steeds Patricia te verleiden, en zoekt
hij bevestiging: hij vraagt constant naar haar vorige partners en spreekt uit
dat hij van haar houdt, maar Patricia houdt zich een beetje afzijdig. Alhoewel
Michel zich als een stoere man voordoet, komt hij juist erg onzeker over - in
tegenstelling tot de Humphrey Bogart die hij graag zou willen zijn. Hij is ook
erg ongeduldig, wat voort zou kunnen komen uit zijn onzekerheid: hij wil graag
naar bed met Patricia en dringt daar constant op aan, maar omdat zij niet
direct doet wat hij wil begint hij haar te provoceren en uit te schelden, zeker
wanneer ze naar haar (mannelijke) baas toe gaat. Michel verbiedt haar met hem
af te spreken, maar Patricia is een zelfstandige vrouw en hij is niet de baas
over haar. Dat kan Michel niet hebben: hij flipt uit.
Vlak
voor deze scène zitten Michel en Patricia samen in de auto. Verstraten bespreekt de
"befaamde" cuts uit deze scène waarin hij haar schoonheid bezingt. Bij
deze jump cuts springt het beeld snel
naar het volgende beeld, zonder (subtiele) overgang. Terwijl ze een stukje
rijden zien we de omgeving en de stand van Patricia's hoofd in een staccato
trant veranderen. Verstraten beargumenteert dat de lengte van de autorit ambigu
is dankzij deze techniek: "[d]e jump
cuts maken in hun bruuskheid helder dat de autorit langer duurt dan we hier
zien en dat delen van het traject worden overgeslagen. Maar de jump cuts suggereren en passant dat
wellicht op een auditief vlak ook vele woorden zijn weggelaten ... Michels
lofzang zou eindeloos veel langer (kunnen) zijn". Hij schrijft hoe cuts op
het vocale vlak niet op lijken te vallen, terwijl hij die op het visuele vlak
"opzichtig" noemt (153).
In deze scène vleit Michel haar, maar
ze gaat niet op zijn avances in. Zij vous-voyeert hem maar dat is deels toe te
schrijven aan haar kennis van de Franse taal: ze is Amerikaanse (niet alleen
als personage, maar de actrice zelf, Jean Seberg, ook). Gedurende de film gooit
ze wel vaker Engels door haar zinnen heen, spreekt ze met een duidelijk accent
en vraagt ze soms naar de betekenis van Franse woorden en frasen. Patricia
spreekt na de autoscène tegen Michels wil in af met haar baas, die haar een
boek geeft en met wie ze Engels praat. Patricia wil namelijk journaliste zijn
en ze krijgt de opdracht om de schrijver van die roman te interviewen.
Iets eerder in de film vraagt Michel
Patricia mee uit eten. Hij vertelt haar dat hij de moord heeft gezien, niet
begaan (wat een leugen is). Pas tegen het einde van de film bekent hij het wel
gedaan te hebben. We zien hoe Michel verstrikt is in allerlei louche zaken en
met zware jongens omgaat: hij spreekt met een vriend over gemeenschappelijke
kenissen die opgepakt zijn. Michel krijgt van die vriend het telefoonnummer van
een man van wie hij nog geld krijgt. Vervolgens probeert hij deze Antonio
meerdere malen te bereiken, maar dat lukt maar niet. De spanning wordt
opgebouwd.
Halverwege de film zitten Michel en
Patricia samen een hele tijd op haar hotelkamer. Michel probeert twee dingen:
aan de ene kant Antonio te bereiken (wat mislukt) en Patricia te verleiden seks
met hem te hebben. Zij draait daar omheen, zegt dat ze niet weet wat ze wil en
denkt. Ze praten over van alles maar er gebeurt vrij weinig. Op een gegeven
moment houden ze een staarwedstrijd, waarbij zij door haar tot een koker
opgerolde poster naar hem kijkt. Dan is er een plotselinge cut tot het moment
waarop ze opeens zoenen. Ze vertelt Michel dat ze zwanger is, en Michel
reageert meteen gepikeerd: ze had maar beter moeten opletten. Dit terwijl
Michel steeds aandringt tot seks, maar dat terzijde. Ze praten over hun
opleidingen (die Michel niet gehad heeft), over hun seksleven en over het
buitenland. Patricia vertelt over het boek dat ze schrijft maar Michel vindt
dat maar belachelijk.
Wanneer ze samen onder de deken
kruipen volgen er weer veel snelle cuts. We horen luide muziek op de radio en
de camera beweegt naar rechts, naar de radio toe, weg van het bed. Opeens is er
de suggestie dat zij seks hebben gehad, maar wederom is dit weggemonteerd: net
als de moordscène wordt het belangrijkste uit het moment niet duidelijk
getoond.
Even later in de film zitten Michel
en Patricia in een taxi. Michel heeft namelijk telefonisch te horen gekregen
waar Antonio om een bepaalde tijd zou zijn, en ze haasten zich naar die plek.
Hij snauwt de chauffeur af, omdat hij bang is te laat te komen. Wanneer hij
uitstapt om te vragen of Antonio er nog is, blijft de camera in de auto. We
zien op de achtergrond Michel naar een groepje mensen lopen, wat vragen, en
weer terugkomen: Antonio blijkt nét weg te zijn. Ze vervolgen hun eigen weg:
Michel gaat bellen, Patricia gaat bij het kantoor van de krant waar ze voor
werkt langs. Even na haar komen twee politiemannen het kantoor binnen, die haar
zoeken en ondervragen. We horen dramatische muziek. Eerst liegt ze, maar geeft daarna
toe hem te kennen. De inspecteur bedreigt haar en dringt aan hem te bellen
mocht ze Michel zien. De andere politieman achtervolgt Patricia. Ze rent een
bioscoop in, verstopt zich in de wc, maar ook daar nog wordt ze achtervolgd. Ze
vlucht. Wanneer ze over straat loopt volgt er een plotselinge cut tot Michel
haar in zijn armen heeft. Hier is bijna geen sprake van opgebouwde romantische
spanning: Michel verschijnt opeens. Ze gaan samen naar een westernfilm kijken -
wat net als de vele Amerikaanse auto's die Michel steelt een verwijzing is naar
de Amerikaanse cultuur - maar ook deze wordt geheel gecut. Ze lopen de bioscoop
weer net zo snel uit en wederom volgt een cut naar een moment iets verderop in
de tijd: ze zitten in een auto.
Uiteindelijk spreekt Michel Antonio
eindelijk en ook in dat gesprek zien we onconventionele cuts. Antonio schijnt
ook in allerlei louche zaken te zitten. Na een kort gesprekje tipt Antonio hen
waar ze zich kunnen verschuilen. Bij een gemeenschappelijke vriendin kunnen ze
slapen en de politie ontwijken. De dag erna verklikt Patricia Michel aan de
politie: ze belt de inspecteur en vertelt hem waar ze zich bevinden. Ze vertelt
dit ook aan Michel en wij leren dat ze twijfelt: ze weet niet of ze gelukkig
is, ze weet niet of ze van hem houdt. Tijdens twee lange takes volgt eerst de
camera haar terwijl ze praat, draait met haar mee. Daarna zien we ook hoe de
camera Michel volgt: hij is totaal niet blij met wat ze gedaan heeft. Wanneer
Antonio komt waarschuwt Michel hem dat de politie eraan komt. Michel vertelt
hem dat hij niet wil vluchten.
In de laatste scène zien we hoe de
politie komt en Michel neerschiet. Van een afstandje volgt de camera Michel,
die van de ene kant van de straat naar de andere zwabbert. Het lopen gaat
steeds moeilijker en hij zakt half door zijn benen. Op een gegeven moment valt
hij neer. Patricia komt bij hem staan, net als de politiemannen. We zien, wat
ik al eerder besproken heb, hoe Patricia toch van hem blijkt te houden, maar
Michel is aan het einde van zijn latijn, blaast zijn laatste adem uit.
Geraadpleegde literatuur:
Mary,
Philippe. "Cinematic Microcosm and Cultural Cosmologies:
Elements of a Sociology of the New Wave". Cinema Journal 49:4 (2010)
Reed, Martin. "The French Film
Industry: A Crisis of Art and Commerce". Columbia Journal of World Business 30:4 (1995)
Verstraten,
Peter. Handboek Filmnarratologie. Nijmegen:
Uitgeverij Vantilt, 2008
Geen opmerkingen:
Een reactie posten